Whiplash wordt vooral veroorzaakt door verkeersongelukken. Met name bij zogenaamde kop-staart botsingen krijgt het hoofd een flinke klap. Door de kracht waarmee de ene auto tegen de andere auto botst, maken hoofd en wervelkolom een voor- en achterwaartse beweging. Hierbij worden hoofd, nek en wervelkolom zwaar belast. Bij mensen met een whiplash ontstaan na het ongeluk verschillende klachten. Hierbij kan gedacht worden aan hoofdpijn, vermoeidheid, concentratieproblemen, duizelingen en niet goed tegen drukte kunnen.
Neurofeedbacktraining
Door de klap die hoofd en wervelkolom maken, kan hersenactiviteit ontregeld raken. Met neurofeedback proberen we het activatiepatroon van de hersenen te verbeteren. Vaak zien we bij whiplash-patiënten dat de hersenen minder actief zijn dan normaal, waardoor ze minder informatie verwerken. Dit zorgt in het dagelijks leven voor verschillende problemen, zoals aandacht- en concentratiestoornissen.
Resultaten en effectiviteit
Het is vooraf moeilijk te zeggen hoeveel trainingen er nodig zijn. Dit is afhankelijk van de klachten, de afwijking van de hersenactiviteit en de vorderingen tijdens de trainingen. Na acht tot tien trainingen zijn vaak de eerste veranderingen merkbaar. De eerste veranderingen hebben vaak te maken met slapen; inslapen gaat sneller en doorslapen verloopt beter. Hierdoor is men meer uitgerust en heeft men meer energie. Ook kan de concentratie verbeteren en is men beter in staat om zich in drukke situaties staande te houden. De veranderde hersenactiviteit wordt vanzelf ingezet in het dagelijks leven. Hier is geen extra oefening voor nodig.